Als je iets niet hebt, doe alsof je het niet hebt. Als je iets mist, doe alsof je het hebt

Training | Omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag

Training | Omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag

De training ‘Omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag’ is gericht op zorgprofessionals die regelmatig geconfronteerd worden met agressie, grensoverschrijdend gedrag en kritische situaties. Wat gebeurt er met iedereen in het team wanneer zij geconfronteerd worden met agressie en welke effecten heeft dit op de manier van handelen? Waar houdt professioneel handelen op als een zorgprofessional uit het team zijn of haar professionele grenzen voorbij (dreigt te) gaan?

In deze training krijgen zorgmedewerkers handvatten en vaardigheden aangereikt om situaties, waarin zij te maken krijgen met agressie en grensoverschrijdend gedrag, in een vroeg stadium te herkennen. Het team leert emoties en feitelijk gedrag te scheiden en op een professionele en assertieve wijze om te gaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag.

Voorbeelden agressie en grensoverschrijdend gedrag in de zorg

Agressie of grensoverschrijdend gedrag kan je onderverdelen in verschillende soorten, zoals verbale agressie en fysieke agressie. Een zorgteam bestaat uit verschillende individuen. Iedereen zal bepaald gedrag dus op een ander moment als grensoverschrijdend ervaren. Voor de ene persoon wordt gedrag als agressief gezien wanneer een boze cliënt met een rollator tegen zijn benen rijdt of aan zijn haren trekt. De ander ervaart gedrag pas als agressie wanneer hij of zij bedreigd wordt door een cliënt, bijvoorbeeld verbale bedreigingen of door ingesloten te worden. En weer een andere zorgprofessional ervaart gedrag als grensoverschrijdend wanneer iemand een boze toon aanslaat tijdens een hevige discussie.

Het is belangrijk om binnen een zorgteam te weten wanneer collega’s gedrag als agressie of grensoverschrijdend ervaart. Zo kan je elkaar in een team versterken en ondersteunen. Uiteindelijk gaat het er om hoe je als team met bepaald gedrag omgaat, weet waar bepaald gedrag vandaan komt en hoe je agressief gedrag kan voorkomen.

Wanneer is het tijd voor een training omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag?

Wij krijgen veel vraag naar de training van zorginstellingen waar agressie of grensoverschrijdend gedrag veel voorkomt, bijvoorbeeld in de gehandicaptenzorg of ouderenzorg. Een training wordt vaak ingezet wanneer gedrag als zeer grensoverschrijdend en problematisch ervaren wordt door een zorgteam. Maar waarom zou je wachten tot het mis gaat?

Agressietrainingen kunnen zowel preventief als repressief ingezet worden. Dit hangt af van de situatie waarin een team zich bevindt.

Voorbeelden van teams die een training gehad hebben, zijn teams die zijn vastgelopen op expliciete cliënten of teams die een reeks van heftige incidenten achter de rug hebben. Eigenlijk komt agressie en grensoverschrijdend gedrag hier al te vaak voor. Tijdens de training gaan wij samen met het team bekijken waarom cliënten bepaald gedrag vertonen en hoe het team preventief kan werken door anders te kijken naar probleemgedrag. Hierdoor zal het grensoverschrijdend gedrag van cliënten afnemen.

Anderzijds zijn er ook teams die voorbereid willen zijn op wat er op de werkvloer kan plaatsvinden. De nadruk ligt dan op preventie. Samen met het team gaan wij kijken hoe zij agressief of grensoverschrijdend gedrag voor kunnen zijn.

Voorafgaand aan het traject maakt blanco samen met de zorgprofessionals een op maat gemaakt plan over de wijze waarop de training ingezet gaat worden. Wij vinden het namelijk belangrijk dat de training precies aansluit op de behoefte vanuit het team, zodat de training leidt tot een zo goed mogelijk resultaat. 

Welke onderwerpen komen aan bod tijdens een training agressie en grensoverschrijdend gedrag?

Bij elke training wordt allereerst de volgende vraag beantwoord: “Wat is agressie en grensoverschrijdend gedrag nou eigenlijk?”. Door deze vraag te beantwoorden, krijgt een team van zorgprofessionals helderheid en duidelijkheid over wanneer elk individu in het team gedrag als grensoverschrijdend ervaart. Dit helpt het team om op een andere manier te kijken wanneer een collega ondersteuning kan gebruiken.

Daarnaast gaan we achterhalen waarom bepaald gedrag bij een cliënt tot stand komt. Gedrag komt namelijk altijd voort vanuit een bepaalde behoefte. Iemand probeert hiermee iets te zeggen. Blanco gaat altijd uit van de gedachte dat niemand een klier is voor zijn plezier.

Wanneer eenmaal duidelijk is vanuit welke behoefte een cliënt grensoverschrijdend gedrag vertoont, kunnen we met het team aan de slag met de vragen “Hoe kunnen we beter aansluiten bij die behoefte?”, “Wat kunnen wij anders doen om grensoverschrijdend gedrag te voorkomen?” en ”Hoe gaan we met bepaald gedrag om als het wel voorkomt?”, bijvoorbeeld “Hoe geven wij helder onze grenzen aan?”. De antwoorden op deze vragen geven het team handvatten om situaties in een vroeg stadium te herkennen en manieren op welke wijze zij hier professioneel mee om kunnen gaan.

Het belangrijkste wat wij professionals willen leren is om bij agressie en grensoverschrijdend gedrag Emoties en Ratio Gescheiden te houden. Wij hebben dit vertaald in de schaal van ERG.

Het professioneel omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag kan je leren en oefenen. Hoe kan je als professional de-escalerend handelen? Het oefenen van specifiek gedrag met behulp van een trainingsacteur is een belangrijk onderdeel van de training.

Hoe verloopt een training omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag?

De training bestaat uit een combinatie van e-learning en praktische bijeenkomsten. Voor elke bijeenkomst doorlopen alle deelnemers modules van de e-learning om voorkennis te hebben over de onderwerpen die besproken gaan worden. Dit zorgt ervoor dat de bijeenkomsten zo praktisch mogelijk ingestoken worden. Het geeft richting aan het traject.

In totaal bestaat de training uit vier praktische bijeenkomsten. Tijdens de eerste drie trainingen onderzoeken wij wie in het team welk gedrag op welk moment als overschrijdend ervaart, waarom cliënten gedrag vertonen, wat teamleden kunnen veranderen om agressie te verminderen en hoe we er mee omgaan als er wel overschrijdend gedrag voorkomt. Gedurende de bijeenkomsten worden eigen praktijkcasussen continue gelinkt naar wat de deelnemers in de (praktijkgerichte) e-learning hebben geleerd.

Tijdens het laatste dagdeel komt het ervaringsgericht leren aan bod met behulp van een trainingsacteur. De deelnemers krijgen de gelegenheid om specifiek ‘lastig’ gedrag vanuit de praktijk te oefenen. Samen met de deelnemers zetten we die praktijksituaties neer en leren we van elkaar.

Hoe brengen we alles wat we in de e-learning en in de praktijkbijeenkomsten hebben geleerd naar
de praktijk? Tijdens het laatste dagdeel zorgen we ervoor dat iedereen ook op praktisch vlak goed is voorbereid voor verschillende momenten.

Wat is het resultaat na een training?

Vaak horen wij van zorgteams dat zij na de training een heldere en eenduidige benadering van cliënten aannemen en dat beter met elkaar kunnen afstemmen. Dit leidt tot een afname van grensoverschrijdend gedrag van cliënten. Uiteindelijk zorgt dit ervoor dat alle medewerkers zich veiliger en meer op hun gemak voelen op de werkvloer. Zij zijn namelijk beter bestand tegen – en voorbereid op – stressvolle situaties. De zorgprofessional is in staat om emotie en ratio meer gescheiden te houden en professioneler te handelen bij agressie en grensoverschrijdend gedrag.

Daarnaast krijgen wij vaak te horen dat het zorgteam na een training enorm hecht is geworden. Teamleden hebben vertrouwen in elkaar, weten wat zij aan elkaar hebben en hoe ieder individu in het team tegen agressie en grensoverschrijdend gedrag aankijkt. De samenwerking wordt door het dialoog aan te gaan met elkaar tijdens de training enorm versterkt.

Wilt u meer informatie over de training omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag of een gratis dagdeel training uitproberen? 

Neem contact met ons op

Lees verder

Ontwikkeling en perspectief is altijd mogelijk, ook als het onmogelijk is | Deel 1: Werken aan vertrouwen

Ontwikkeling en perspectief is altijd mogelijk, ook als het onmogelijk is.

Deel 1: Werken aan vertrouwen

Op 23 mei heeft René een TED talk gegeven tijdens het CCE Podium. Op het CCE Podium delen consulenten hun praktijkverhalen over thema’s rond probleemgedrag. Met hun videopresentaties willen zij zorgprofessionals en anderen inspireren met hun inzichten. René deelde zijn kennis en ervaring over hoe je ontwikkeling en perspectief kan creëren bij mensen met probleemgedrag.

Toen René op de basisschool zat, vertelde zijn lerares dat hij in de goot zou belanden. Dat hij niet goed kon leren. René begon te twijfelen aan zichzelf. Zijn zelfvertrouwen ebde langzaam weg. Door de onzekerheid dat dit met zich meebracht, ging René zich anders gedragen. Hij ging steeds minder zijn best doen op school. Waarom zou je namelijk je best doen als je toch wel in de goot gaat belanden?

Gelukkig waren er mensen die hem iets anders vertelden. Zijn ouders en een andere leraar hebben hem keer op keer verteld dat het uiteindelijk echt wel goed komt. Dat hij het echt wel kan. Het effect hiervan was dat René weer ging dromen en zijn best ging doen. René ging nadenken over wat hij later eigenlijk wilde worden. Waar hij van droomde. Al snel wist hij het zeker. Hij wilde net als zijn vader in de zorg te werken. Zijn vader vertelde altijd met passie over zijn werkzaamheden en vaak ging René mee naar zijn werkterrein. René besefte dat dit het werk was wat hij ook wilde doen. Het was, en is nog steeds, zijn passie, zijn drijfveer. En wanneer je omgeving en jij zelf vertrouwen hebben in dat het goed komt en dat je het kan, ga je stappen zetten die aan het begin heel erg moeilijk lijken. Om je doel te bereiken, zal je jezelf moeten ontwikkelen. Daarvoor moet je letterlijk in actie komen. Toen René in actie kwam, werd zijn droom werkelijkheid.

De boodschap van René aan zorgprofessionals

‘Ontwikkeling en perspectief is áltijd mogelijk, ook als het onmogelijk is’. Dit is de boodschap die René wil overbrengen aan zorgprofessionals. In veel situaties waarbij probleemgedrag op de voorgrond staat, lijkt het onmogelijk om stappen in de goede richting te zetten. Wanneer en hoe begin je? In de praktijk ziet hij vaak dat begeleiders door de bomen het bos niet meer zien. Hoe worden begeleiders nou overtuigd dat het wél mogelijk is om ontwikkeling aan te wakkeren? En nog belangrijker: hoe ondersteun je de cliënt om nieuwe dingen te ondernemen die misschien heel spannend zijn?

Werk aan het vertrouwen

De eerste stap om ontwikkeling te verwezenlijken is het samen opbouwen van vertrouwen. Een cliënt ontwikkelt zich namelijk nooit alleen. Allereerst moeten alle betrokken begeleiders vertrouwen hebben in de ontwikkeling van de cliënt. Wanneer het vertrouwen ontbreekt bij alle betrokkenen, ontstaat onzekerheid, angst en stress bij iedereen. Dit zorgt ervoor dat de cliënt nog minder vertrouwt in zichzelf. Werken aan vertrouwen begint bij het ritme van de dag herstellen en samen succeservaringen opdoen. En daarvoor heeft een cliënt andere mensen nodig. Samen met hem of haar hele normale dingen doen, zoals tanden poetsen, de tafel dekken en wandelen.

Zonder vertrouwen is het onmogelijk om een perspectief (als het ware een scherpe foto met het beeld waar je naartoe wil) te creëren die helpt bij de ontwikkeling van een cliënt.

Klassiek verhaal: cliënt Kim

Kim is een meisje met een gedragsprobleem. Ze woont op een zorggroep en sluit zich vaak op in haar kamer. Ze wantrouwt haar omgeving en haar begeleiders. Om stapje voor stapje vertrouwen te winnen, gaat ze samen met haar begeleider Sanne wandelen. Dit vindt Kim best spannend. ‘Wie kom ik tegen en waar ga ik naartoe?’ Ook Sanne vindt het spannend. ‘Hoe zal het wandelen verlopen?’ Haar vertrouwen is dit moment laag en Kim ervaart daardoor heel veel stress.

Hierdoor durft Kim haar kamer eigenlijk niet te verlaten. Ze bedenkt manieren en ze laat gedrag zien om duidelijk te maken dat ze het buiten erg spannend vindt. Eenmaal buiten pakt ze een steen en begint ermee te gooien. Dit is natuurlijk niet de bedoeling, zegt Sanne, haar begeleider. Ietwat boos neemt Sanne Kim mee terug naar haar woning. Eenmaal terug in de woning is Kim erg opgelucht. Ze zit weer in haar eigen veilige kamer.

De volgende keer dat zij naar buiten gaat zal zij weer stenen gooien, dan mag ze weer naar huis, weg uit de enge omgeving die ze niet vertrouwt. Dit zorgt ervoor dat de angst en stress blijft, waardoor zij zich niet ontwikkelt. Sterker nog: dit voelt keer op keer als een faalervaring voor Kim!

Waarom moet je faalervaringen uit de weg gaan?

Een faalervaring zorgt ervoor dat Kim alleen maar minder zelfvertrouwen krijgt. Het gebrek van Kim aan vertrouwen in haar directe omgeving en het gebrek aan zelfvertrouwen zit natuurlijk voor een klein deel in haarzelf, Kim heeft een verstandelijke beperking en vertoont gedragsproblemen. Maar het probleem is dat de omgeving van Kim niet veilig en voorspelbaar is waardoor (zelf)vertrouwen niet groeit.

Zelfvertrouwen wordt opgebouwd door betrouwbare en voorspelbare begeleiders, in Kims geval. Dit hebben begeleiders niet altijd door. Er wordt helaas nog steeds vaak gedacht dat alles vanuit een cliënt zelf moet komen. Dat de cliënt iets te leren heeft. Hierdoor wordt het wantrouwen vanuit de cliënt steeds erger en erger.

Wat gebeurt er dan? De cliënt gaat probleemgedrag vertonen. Zelfverwonding, agressief gedrag, zichzelf terugtrekken zijn voorbeelden van gedrag dat René tijdens zijn werk tegengekomen is. De focus verschuift van de cliënt zelf naar zijn of haar gedrag en er wordt vergeten wat iemand nou écht nodig heeft.

Waar komt het gedrag van je cliënt vandaan?

De oplossing begint met het creëren van vertrouwen. Maar hoe pak je dit aan? Ga eens samen zitten met je cliënt en ga eens na wat zijn of haar behoeftes zijn. Wat is er nodig om succeservaringen te creëren? Geef je al wat je cliënt echt nodig heeft? Kijk eens goed naar het gedrag wat je ziet of hoort en probeer daar een betekenis aan te geven. Bespreek het met je collega’s en bekijk hoe je vervolgstappen kunt zetten om een uiteindelijk doel te bereiken.

Bouwen aan zelfvertrouwen: hoe doe je dat?

Om je cliënt meer zelfvertrouwen te geven, is het nodig om succeservaringen op te doen.
Succeservaringen krijg je door hele normale dingen samen te doen. Essentieel is om die succeservaringen samen te hebben, dus de dingen moet je samendoen, altijd naast hem en altijd samen…

Voordat je begint met het zetten van stappen is het belangrijk om een vertrouwensband op te bouwen. Een cliënt heeft altijd een ander nodig om steeds een stapje verder te durven zetten. Daarom is het belangrijk om duidelijk en voorspelbaar te zijn voor de cliënt. Vertel dat je iets samen met hem of haar gaat doen en dat het jullie gaat lukken. Goede begeleiding en onvoorwaardelijk ondersteunen is hierin van essentieel belang. Let op: het doel hierin is niet dat de cliënt zelfstandig wordt, maar dat hij of zij zelfvertrouwen krijgt. Wanneer het zelfvertrouwen er is, komt de zelfstandigheid vanzelf.

Hoe zorg je voor een goede begeleiding?

De eerste stap is om zorgprofessionals bewust te maken van de manier waarop het creëren van zelfvertrouwen werkt bij mensen met gedragsproblemen. Blanco Organisatieontwikkeling maakt begeleiders bewust van hun eigen gedrag. Dit is vooral de manier waarop zij kijken en denken over het gedrag van hun cliënt. Het is belangrijk om in het klein te kijken naar het gedrag van de cliënt en hier een betekenis aan te koppelen. Niemand is namelijk een klier voor zijn plezier.

Op welke manier helpt Blanco Organisatieontwikkeling zorgprofessionals?

Blanco Organisatieontwikkeling helpt door het team hun ervaringen te laten vertellen en een beeld te laten schetsen van een cliënt. Samen met zorgprofessionals bespreekt Blanco Organisatieontwikkeling wat er goed en wat gaat er minder goed gaat. Hiervan wordt een duidelijk beeld geschetst.

Dan worden er hypotheses opgesteld om betekenis te geven aan bepaald gedrag. Klieren is namelijk een signaal wat een cliënt afgeeft. Wat heeft de cliënt nou echt nodig, en hoe gaan we dit oppakken? Blanco Organisatieontwikkeling doet dit door veel vragen te stellen waardoor begeleiders de cliënt steeds beter begrijpen. Hierdoor komen zij erachter wat de cliënt echt nodig heeft.

Samen een casus oppakken en zorgen dat ook zorgprofessionals succeservaringen opdoen is volgens Blanco Organisatieontwikkeling de échte eerste stap om een cliënt te laten ontwikkelen. Want wanneer begeleiders zelfvertrouwen krijgen in het oppakken van een casus, stralen ze dit uit naar hun cliënt. En als de begeleider erin gelooft dat ontwikkeling mogelijk is, gaat de cliënt er zelf ook in geloven.

Stap twee in het proces is het creëren van perspectief. Hierbij maak je als het ware een foto om scherp te stellen hoe je het beeld voor je zit als je doel bereikt is. Kortom, het beeld waar je naartoe wil werken. Hoe dit precies in zijn werking gaat, lees je in de volgende blog!

Wil jij samen met Blanco organisatieontwikkeling aan de slag om ontwikkeling te realiseren? Neem dan contact met ons op voor de mogelijkheden!

Klik hier voor onze contactgegevens

 

Lees verder

Praktijkcasus: Blanco Team Ontwikkeling – Het Proces

Recent zijn wij gestart met een Blanco Team Ontwikkeling traject bij een middelgrote organisatie in de gehandicaptenzorg. Dit traject omschrijven wij aan de hand van een drieledige business case: de start, het proces en het resultaat. Dit keer bespreken we het proces van het traject.

Klik hier om het onderdeel ‘de start’ te lezen

Het traject

Eind vorig jaar zijn wij gebeld door de manager die zijn zorgen uitte over de komst van een nieuwe cliënt. En niet zozeer omdat er een nieuwe cliënt bij kwam, maar vanwege de spanning die dreigde te ontstaan bij het team die de cliënt moest gaan begeleiden. Het zou nog enkele weken duren voordat de cliënt zijn nieuwe appartement zou gaan bewonen, dus wij hadden nog tijd om van tevoren met het team aan de slag te gaan. Tijdens de start van het traject hebben wij een hoofdvraag geformuleerd: Hoe zorgen wij ervoor dat we als team optimaal samenwerken en aansluiten bij de ondersteuningsvraag van de cliënt?

Geen eenvoudige vraag, dus is het hele team gaan werken aan een plan voor het komende jaar; een visie voor 2019. De inhoud van het ontwikkelingsplan is volledig ingevuld door de teamleden, de manager en de gedragskundige, want ze dienen dit gezamenlijk te dragen. Alleen dan heeft het kans van slagen.

We zijn nu een half jaar aan het werk met het team van de middelgrote organisatie om het geformuleerde plan ook daadwerkelijk uit te voeren in de praktijk. Een mooi moment om te kijken wat de ontwikkelingen zijn en waar wij nu staan in het proces. Inmiddels hebben wij een tussentijdse evaluatie gehad met de manager en orthopedagoog van het team.

Hoe verloopt het ontwikkelingstraject?

Het team is inmiddels al hard aan de slag met het gemaakte plan en de doelstellingen die ze zelf hebben opgesteld. In het teamplan staat beschreven wat ze gaan doen om de doelstellingen te behalen én hoe ze dat gaan doen. De komst van de nieuwe cliënt is inmiddels een feit en het team is tot de conclusie gekomen dat het erg goed verloopt. De betreffende cliënt heeft zich met de juiste ondersteuning van het team goed aangepast aan zijn nieuwe leefomgeving. Grote problemen zijn tot nu toe dan ook uitgebleven. Het team merkt wel dat enkele andere cliënten een gedragsverandering vertonen. Echter is dat volgens het team zeker begrijpelijk en verklaarbaar gezien de veranderende omstandigheden.

De maandelijkse bijeenkomsten

Tijdens de bijeenkomsten die elke maand plaatsvinden, wordt er standaard stilgestaan bij de successen en teleurstellingen binnen het team. Deze worden stuk voor stuk doorgenomen om hier vervolgens van te leren. Wat moeten we doen om tot betere resultaten te komen? En wat moeten we juist niet doen om tot betere resultaten te komen? Wat houdt ons nu tegen om het juiste te doen, of wat hebben we nodig om het nog beter te doen? Dit zijn enkele voorbeelden van vraagstukken waar we keer op keer samen uitvoerig bij stil staan.

Het is mooi om te zien dat de focus van de bijeenkomsten niet meer ligt op de komst van de nieuwe cliënt. De focus ligt nu voornamelijk op wat het team kan doen om zo goed mogelijk aan te sluiten bij de ondersteuningsvraag van de cliënt. Er wordt hard gewerkt aan praktische doelstellingen om het team transparanter, effectiever en eenduidiger te laten functioneren. Uiteraard wel met een goede bewaking van de eigen grenzen.

De reacties uit het team

Binnen elk team werken we met de beperkende en stimulerende gedachtes en aannames. Deze overtuigingen kunnen liggen op persoonlijk niveau, maar ook op teamniveau. Door deze overtuigingen met elkaar te bespreken, komen we er gezamenlijk steeds meer achter dat niet elke overtuiging helpend is. Wanneer er wordt gewerkt vanuit beperkende overtuigingen kost dit erg veel energie. Daarbij is de kans groot dat je het tegenovergestelde bereikt van wat je eigenlijk wil. Dit geeft dit onvoldoende voldoening en zorgt voor ineffectief gedrag in het omgaan met de dagelijkse problematieken.

Het constateren en bespreken van deze overtuigingen, zorgt voor pragmatische aanpak en uiteindelijk naar passende oplossingen die het team verder helpt.

Tussentijdse conclusie

Het team ervaart dankzij de bijeenkomsten tijd en ruimte om stil te staan bij de zaken die wel belangrijk, maar niet urgent zijn. Door stil te staan, is het team in staat om invloed uit te gaan oefenen op processen waar ze eerder geen invloed op dachten te hebben. Naast het ervaren van invloed worden processen effectiever gemaakt en is het team in staat om eenduidiger te reageren. Dit is merkbaar voor alle betrokken partijen. Dus zowel voor de eigen organisatie, cliënten en alle overige betrokkenen.

Er ontstaat een steeds hechter samenwerkend team, dat hard op weg is om de ondersteuning die ze geven aan cliënten nog beter en professioneler te maken.

Wat staat er op de planning voor de komende tijd?

In de volgende bijeenkomsten gaat het team aan het werk met de persoonlijke ontwikkeling van de teamleden op professioneel vlak. De teamleden hebben hun persoonlijkheidstype onderzocht dat is gebaseerd op de theorie van het enneagram. Wij schrijven hier later in het jaar nog een blog over. Het enneagramtype van alle teamleden wordt bepaald. De uitkomst zorgt ervoor dat de teamleden steeds meer inzicht in elkaars motivaties en drijfveren krijgen. Dit leidt tot een nog optimalere samenwerking. De uitkomst van het persoonlijkheidstype in het enneagram wordt verwerkt in een persoonlijk ontwikkelingsplan.

Over een aantal maanden volgt het derde deel van deze business case. Hierin bespreken we het resultaat van het traject.

Bent u op zoek naar een ontwikkel- of verandertraject? Neem dan contact met ons op om de mogelijkheden te bespreken.

Lees meer over Blanco Teamontwikkeling

Lees verder

Even voorstellen | Jeroen Terlage

Het is tijd om Jeroen Terlage voor te stellen!

Jeroen is sinds een paar maanden werkzaam als trainer omgaan met agressie bij blanco-organisatieontwikkeling. Maar wie is Jeroen nou eigenlijk, wat beweegt hem en waarom is hij agressietrainer bij blanco? Lees snel verder!

De achtergrond van Jeroen

Jeroen is op zijn 19e begonnen als militair met het idee dat hij dit zijn hele carrière ging volhouden. Na 4,5 jaar besloot hij hier echter mee te stoppen. Een zoektocht naar een nieuwe en passende baan begon en al snel ging hij aan de slag bij een uitzendbureau. Jeroen vond het namelijk leuk om mensen te ondersteunen en te helpen bij het vinden van een nieuwe baan. Het commerciële tintje aan dit werk paste alleen niet zo goed bij Jeroen.

De switch naar de zorgsector

Via het uitzendbureau leerde Jeroen iemand kennen die een eigen zorginstelling ging opzetten. Dit inspireerde Jeroen en al snel besloot hij dat hij in ze zorg wilde gaan werken. In de zorgsector kon hij namelijk mensen helpen zónder commercieel bezig te zijn. Via een omweg kwam Jeroen terecht bij een zorginstelling, waar hij aan de slag ging als ambulant begeleider. Hij begeleidde in deze periode mensen met een licht verstandelijke beperking. Denk hierbij aan ADHD, borderline, schizofrenie en mensen met drugs- of alcoholproblemen. Jeroen kwam tijdens zijn werk veel in contact met verbale agressie en leerde hier goed mee omgaan.

Niet veel later kwam Jeroen te werken bij een woonvoorziening voor mensen met autisme en ernstige gedragsproblematiek. Dit vond Jeroen een erg leuke doelgroep; hij kon er echt zijn energie in kwijt. Op de woongroep kwam Jeroen veel in aanraking met fysieke agressie. Dankzij zijn verleden als militair was hij erg stressbestendig en ging hij geen situaties uit de weg. Hij leerde gedrag van cliënten te signaleren en te bedenken waarom iemand bepaald gedrag vertoont. En bovenal hoe dit preventief voorkomen kan worden.

Jeroens werkzaamheden bij blanco-organisatieontwikkeling

Vanuit zijn werkervaring bij de woonvoorziening wist Jeroen dat hij ontzettend goed was in het omgaan met agressie binnen de zorgsector. Met de kennis die hij had wilde hij een stap verder zetten; het trainen van zorgprofessionals over hoe zij om kunnen gaan met agressie.

Hij vindt het met name leuk om ervaringen te delen met zorgprofessionals en hen in de gelegenheid te stellen om hun eigen ervaringen te delen. De mogelijkheid om zorgprofessionals handvatten te bieden om beter te om te kunnen gaan met situaties op de werkvloer: dát is waar Jeroen energie uit haalt. Het heeft namelijk impact op de cliënt én op het team. Iedereen wordt uiteindelijk geholpen.

Pas als het gelukt is is dat iedereen binnen het team de training als positief heeft ervaren, het idee heeft dat ze verder kunnen met hetgeen dat besproken is én enthousiast zijn om daarmee aan de slag te gaan, gaat Jeroen met een goed gevoel naar huis.

Benieuwd naar alles wat hij tijdens zijn werkzaamheden meemaakt? Volg Jeroen dan via LinkedIn.

 

Lees verder

Ontwikkeling en perspectief is altijd mogelijk, ook als het onmogelijk is | Deel 2: Creëer perspectief

Ontwikkeling en perspectief is altijd mogelijk, ook als het onmogelijk is.

Deel 2: Creëer perspectief

 

Op 23 mei heeft René een TED talk gegeven tijdens het CCE Podium. Op het CCE Podium delen consulenten hun praktijkverhalen over thema’s rond probleemgedrag. Met hun videopresentaties willen zij zorgprofessionals en anderen inspireren met hun inzichten. René deelde zijn kennis en ervaring over hoe je ontwikkeling en perspectief kan creëren bij mensen met probleemgedrag.

In deel 1 van deze blogreeks hebben we ingezoomd op de eerste stap die je moet zetten om ontwikkeling te creëren bij mensen met probleemgedrag.

Het ging hierbij vooral over het werken aan vertrouwen bij zowel de cliënt als de begeleiders. Zonder vertrouwen is het onmogelijk om een perspectief (zie dit als een scherpe foto met het beeld waar je naartoe wil) te creëren die helpt bij de ontwikkeling van een cliënt. Deze blog gaat over stap twee; het neerzetten van perspectief bij het team en de cliënt.

Klik hier om deel 1 van de blogreeks te lezen

Perspectief creëren

Om niet in de goot te belanden is naast vertrouwen nog iets van belang, namelijk het creëren van perspectief. Mensen hebben de neiging om te reageren op de waan van de dag. Maar om het perspectief scherp te krijgen, moet je bij het einde beginnen. Je moet verder kijken dan alleen het gedrag dat je vandaag ziet.

Wanneer een traject van start gaat, nemen we als het ware samen een foto van het gewenste resultaat. Wat willen we bereiken aan het einde van het traject? Hoe ziet dat beeld eruit?
Hoe sluiten we aan bij wat de cliënt echt wil? Bij wat hij of zij echt van ons vraagt? Waar droomt de cliënt van? Wat gaan we aan de cliënt zien als blijkt dat we de goede richting uit gaan? En wat moet er precies gebeurd zijn als we ons doel bereikt hebben?

We stellen met het hele team rondom een cliënt vast hoe alles eruit zal zien als het traject klaar is. We beginnen bij het einde door het stellen van de droomvraag:

“Stel we zijn een jaar verder, wat hebben we dan bereikt voor de cliënt?”

In een droom mag alles. Elk teamlid schrijft het antwoord dat in hem of haar op komt in een zin op, op een manier alsof het al gebeurd is. Uiteindelijk komen we als team tot een droom die we willen bereiken.

Het creëren van perspectief is erg belangrijk voor de ontwikkeling van cliënten. Ook voor een team van zorgprofessionals is het fijn om verandering in het vooruitzicht te hebben. Het perspectief vertelt ons precies waarom we een verandering willen en wat we willen bereiken tijdens een traject. Hoe scherper het beeld van het einde is, hoe meer richting het geeft tijdens een traject. Zonder perspectief is er geen richting en zonder richting ontstaat er chaos. Chaos kan zorgen voor angst en stress, waardoor probleemgedrag kan ontstaan.

Hoe zet je als team een beeld neer dat perfect bij een cliënt past?

Begeleiders van een cliënt weten als geen ander hoe een cliënt is en wat hier bij past. Toch is het lastig om een eenduidige betekenis te geven aan het gedrag van de cliënt. We denken en kijken namelijk allemaal verschillend naar gedrag. Om de foto scherp te krijgen en het perspectief neer te zetten, is input vanuit het hele team nodig. Alle kennis die een team samen over de cliënt vergaart, nemen wij mee in het schetsen van een realistisch toekomstbeeld.

Het komt af en toe voor dat het onmogelijk lijkt om ontwikkeling aan te wakkeren bij een cliënt. Het is dan de kunst om zorgmedewerkers te inspireren, enthousiasmeren en te laten inzien dat er weldegelijk mogelijkheden zijn. Hier ligt de kwaliteit van blanco organisatieontwikkeling; zij vragen net zo lang door tot er een keerpunt komt dat zorgteams weer samen durven te dromen. Mensen willen namelijk van nature vooruit. Dit is nodig om samen een perspectief te creëren.

René merkt dat de sessies van blanco vaak enthousiasme oproepen en ervoor zorgen dat een team echt samen voor het geschetste doel gaat. ‘Het is ontzettend gaaf om te zien dat een zorgteam ook na onze sessie echt samen voor het behalen van het perspectief van de cliënt gaat’, aldus René.

Hoe zorg je er als team voor dat het perspectief behapbaar is voor de cliënt?

Ook met cliënten is het belangrijk om het perspectief te schetsen. Alleen hoe bespreek je het perspectief op een simpele manier met de cliënt? Allereerst is alleen de omschrijving van het beeld met woorden vaak niet genoeg. Het is goed om het perspectief te bespreken met de cliënt op zijn of haar niveau. In plaats van in taal en woorden vertel je het op een visuele wijze of maak je zelfs letterlijk een foto van het beeld dat je voor de cliënt voor ogen hebt. Het is belangrijk voor de cliënt dat de weg naar het toekomstbeeld voorspelbaar en begrijpelijk is.

Hoe werk je als team naar het perspectief toe?

Om stappen te zetten is het belangrijk om succeservaringen op te doen. Hoe je dat doet? Door te doen! Het is belangrijk om het normale ritme van de dag en het vertrouwen te herstellen. Dit doe je door samen hele gewone dingen te doen. Hierbij zijn zorgprofessionals hard nodig. Geef samen met de cliënt richting aan de invulling van de dag door bijvoorbeeld samen de tafel dekken, een wandeling te maken of televisie te kijken. Zorg ervoor dat de cliënt en zijn begeleider samen succeservaringen opdoen en deel de successen met elkaar. De successen mogen als team gevierd worden.

Wanneer deze hele gewone dingen samen lukken en successen gevierd worden, groeit het vertrouwen bij de cliënt en de zorgprofessional. De cliënt ervaart dat hij of zij het eigenlijk best kan. Hij of zij durft steeds een stapje verder te gaan om zich te ontwikkelen.

Door deze vooruitgang in hele gewone dingen werk je als team samen met de cliënt toe naar het perspectief.

Door goed te kijken naar de cliënt zie je wanneer hij of zij vooruitgang boekt. Wanneer de cliënt enthousiast wordt en steeds meer initiatieven neemt om samen dingen aan te pakken, weet je dat je op het goede pad zit. Het vertrouwen groeit en succeservaringen nemen toe. Als begeleider is dit natuurlijk geweldig om te zien. De zichtbare vooruitgang zorgt ervoor dat het team gaat geloven in de ontwikkeling. René kan dit bevestigen; hij wordt ontzettend gelukkig wanneer hij zowel het team als de cliënt ziet geloven in de mogelijkheden.

Op welke manier helpt blanco-organisatieontwikkeling zorgprofessionals?

Blanco helpt door het team hun ervaringen te laten vertellen en een beeld te laten schetsen van een cliënt. Samen met zorgprofessionals bespreekt blanco organisatieontwikkeling wat ze hebben meegemaakt, hoe ze denken en kijken naar bepaald gedrag. Hier gaat blanco-organisatieontwikkeling en het team samen betekenis aan geven. Het beeld wordt gedurende het proces scherp.

Daarna worden er hypotheses opgesteld om betekenis te geven aan bepaald gedrag. Probleemgedrag wat we bijvoorbeeld ervaren als klieren is een signaal wat een cliënt afgeeft. Het gedrag heeft een betekenis. Wat heeft de cliënt nou echt nodig en hoe gaan we dit oppakken?
Een belangrijk uitgangspunt van blanco is dan ook: “Niemand is een klier voor zijn plezier”.
De kracht hierachter ligt door veel vragen te stellen. Blanco-organisatieontwikkeling stelt specifieke vragen waardoor begeleiders elkaar en de cliënt steeds beter begrijpen. Hierdoor komen zij erachter wat de cliënt echt nodig heeft en hoe zij kunnen nog gerichter kunnen samenwerken om de cliënt echt te geven wat hij of zij nodig heeft.

Samen een casus oppakken en zorgen dat ook zorgprofessionals succeservaringen opdoen is volgens blanco organisatieontwikkeling de échte eerste stap om een cliënt te laten ontwikkelen. Want wanneer begeleiders vertrouwen krijgen in de cliënt, krijgen zij ook vertrouwen in ‘dat het goed komt’. Uiteindelijk leidt dit tot zelfvertrouwen bij zorgprofessionals.

We hebben een foto gemaakt van nu, waarin we vertrouwen hebben opgebouwd en hebben een beeld geschetst van waar we naartoe willen. Het perspectief is neergezet. Stap drie in het proces is het doen. We gaan nu een film maken. We komen letterlijk in actie om naar het geschetste perspectief toe te werken. Hoe dit precies in zijn werking gaat, lees je in de volgende blog!

Wil jij samen met Blanco-organisatieontwikkeling aan de slag om ontwikkeling te realiseren? Neem dan contact met ons op voor de mogelijkheden!

Klik hier om naar onze contactgegevens te gaan

Lees verder

Ontwikkeling en perspectief is altijd mogelijk, ook als het onmogelijk is | Deel 3: Doen: start de beweging en hou vol!

Ontwikkeling en perspectief is altijd mogelijk, ook als het onmogelijk is.

Deel 3: Doen: start de beweging en hou vol!

 

Op 23 mei heeft René een TED talk gegeven tijdens het CCE Podium. Op het CCE Podium delen consulenten hun praktijkverhalen over thema’s rond probleemgedrag. Met hun videopresentaties willen zij zorgprofessionals en anderen inspireren met hun inzichten. René deelde zijn kennis en ervaring over hoe je ontwikkeling en perspectief kan creëren bij mensen met probleemgedrag.

In deel 1 van deze blogreeks hebben we ingezoomd op de eerste stap die je moet zetten om ontwikkeling te creëren bij mensen met probleemgedrag. Het ging hierbij vooral over het werken aan vertrouwen bij zowel de cliënt als de begeleiders. Zonder vertrouwen is het onmogelijk om een perspectief (zie dit als een scherpe foto met het beeld waar je naartoe wil) te creëren die helpt bij de ontwikkeling van een cliënt. In deel 2 (https://www.blanco-organisatieontwikkeling.nl/perspectief-creeren/) van deze blogreeks hebben we het gehad over het neerzetten van perspectief bij het team en de cliënt. Het is belangrijk om een doel te hebben. Om te weten waarom we een verandering willen en wat we willen bereiken tijdens een traject.

Stap 3: doen

Wanneer het perspectief neergezet is, gaan we over tot stap 3: het doen. Om een beweging te starten moet je een plan ontwerpen en creëren. Deze stap zegt iets over hoe je het gaan doen. 

Hoe gaan we het perspectief vormgeven en in beweging zetten?

Hoe gaan we dat organiseren?

Wat hebben we daarbij nodig?

Hoe gaan we elkaar ondersteunen?

Hoe sluiten we goed aan bij wat de cliënt écht nodig heeft?

Welke doelen stellen we en tenslotte wie doet wat?

De antwoorden op deze vragen geven richting en vertellen ons wat we moeten doen om het perspectief te behalen. De ene cliënt roept andere vragen op dan een andere cliënt. Ga met het team om de tafel zitten en bedenk deze vragen.

Het doen is gericht op het ondernemen van activiteiten samen met de cliënt. Het samen opbouwen van vertrouwen en het samen werken richting het perspectief.

Zet stappen die onmogelijk lijken

Om de beweging en ontwikkeling in gang te zetten, is het noodzakelijk om regelmatig de druk op te voeren. Dit doe je door stappen te zetten die onmogelijk lijken, die wellicht weerstand oproepen bij de cliënt en betrokkenen. Maar we gaan deze stappen toch zetten. Zonder de druk op te voeren ontwikkelen we ons niet en stopt de beweging. In plaats van meer van hetzelfde te doen, moeten we iets anders gaan doen. We moeten patronen doorbreken en daarvoor moeten we af en toe ongehoorzaam zijn. Als de directe omgeving met weerstand reageert, zit je op de goede weg. Er gebeurt iets. Er wordt gewerkt aan ontwikkeling om het perspectief te bereiken. Hou vol!

Beweging en ontwikkeling worden veroorzaakt door het met het hele team samen te doen. Het samen doen klinkt heel simpel: de doelen zijn opgesteld, het plan van aanpak is gemaakt. Er valt echter wel veel te organiseren. Dit vraagt om hele heldere keuzes. Er zijn drie uitgangspunten om echt rekening mee te houden wanneer je als team gaat werken aan de ontwikkeling van een cliënt.

  1. Steun elkaar onvoorwaardelijk

De eerste is ondersteun elkaar onvoorwaardelijk! Iedereen heeft altijd een ander nodig. We gaan er van uit dat ik oké ben en jij ook. Bij twijfel zullen we dat moeten bespreken.

  1. Hou vast aan het perspectief

Het tweede is hou vast aan het perspectief. Herhaal het perspectief voortdurend. Het perspectief is leidend, niet de waan van de dag. Alles wat je doet, elke stap die je zet, moet kloppen bij het perspectief dat is neergezet.

  1. Sta stil bij teleurstellingen en vier successen

Als derde is het belangrijk om stil te staan bij teleurstellingen en successen te vieren. Wat gaat er goed, wat gaat er minder goed en wat leren we hieruit? Successen geven energie die iedereen in het team hard nodig heeft om het vol te houden. Stil staan bij successen zorgt ervoor dat de verandering in beweging blijft.

Cliënt Bart – praktijkvoorbeeld van René van Koningsbruggen

Bart was een man met een verstandelijke beperking die 24 uur per dag last had van angst en stress. Deze casus speelde zich een flink aantal jaren geleden af. Bij opbouwende spanning en stress uitte zich dat in zelf verwondend gedrag, fysieke agressie en het niet kunnen of durven eten en drinken.
Want hij vertrouwde zijn eigen handen en lijf niet, die deden gekke dingen met hem. Zijn handen trokken aan haren of grepen scherpe voorwerpen wat hem ernstig beschadigde. Zijn voeten schopten tafels omver of zijn voeten schopten naar anderen. Daar zat geen rem op. Hij wilde dit niet maar het gebeurde wel.

Ook vond hij het lastig om zijn begeleiders te vertrouwen. Wat gaan ze doen als mijn lijf dat soort gekke dingen gaat doen? Als ik mijn controle verlies, blijven ze dan bij mij of gaan ze weg? Begeleiders vertrouwden Bart ook niet. Gaat hij mij straks grijpen of schoppen? En tot slot vertrouwden begeleiders zichzelf ook niet. Ga ik het wel redden, kan ik het wel aan?

Het ontbrak alle betrokkenen, zowel Bart als zijn begeleiders, aan vertrouwen in zichzelf, vertrouwen in de ander en vertrouwen dat het wel goed komt. Dus op alle fronten was er een gebrek aan vertrouwen, bij iedereen. En wat is daar het effect van? Iedereen wordt onzeker, en uiteindelijk – als het maar lang genoeg duurt – angstig en gestrest.

Het neergezette perspectief voor cliënt Bart

Voor cliënt Bart heeft het zorgteam een perspectief neergezet dat hij zonder stress en angst zijn eigen lijf kon gebruiken om normale dingen te doen. Denk bijvoorbeeld aan schommelen of het inschenken van zijn eigen kopje koffie. Om dat te bereiken, hebben we regelmatig vragen gesteld aan onszelf, antwoorden gezocht, plannen gemaakt, plannen bijgesteld en heel vaak het perspectief herhaald. Dat ging met vallen en opstaan en was soms heel moeilijk maar we hielden vol!

René zal nooit vergeten dat hij met een collega in de keuken stond, vlakbij de deur naar de tuin. Bart zat op de bank waar hij altijd zat. Licht wiegend en handenwrijvend over zijn benen met een grote glimlach. Geen stress, geen spanning. Het was op dat moment niet nodig dat wij direct naast hem zaten, maar we bleven wel in het zicht. Vanuit afstand konden we hem vertrouwen geven: “Het is goed, wij zijn er voor je”. Ineens stond hij op. Hij liep langs ons heen en ging op de schommel zitten. We wisten niet wat we zagen. Tot onze nog grotere verbazing ging hij van de schommel af, liep naar de tafel die buiten stond en schonk koffie voor zichzelf in. Zijn handen deden geen gekke dingen, maar hele normale dingen. Met nog steeds die grote glimlach op zijn gezicht.

Zo zie je maar weer: ontwikkeling en perspectief is altijd mogelijk, ook als het onmogelijk is!

Binnenkort is er een een videopresentatie van René’s TED talk te zien op onze website en op de site van het CCE podium, een platform waar consulenten van het CCE hun praktijkverhalen delen over thema’s rond probleemgedrag.

Wil jij samen met Blanco-organisatieontwikkeling aan de slag om ontwikkeling te realiseren? 

Neem dan contact met ons op voor de mogelijkheden!

 

 

 

Lees verder

Disfuncties van teams | Patrick Lencioni

Samenwerken in een team is kiezen om samen een hecht geheel te vormen. Om daadwerkelijk resultaten te halen is er geen andere mogelijkheid.
In een hecht team kiezen de mensen voor samenwerken.

Het boek ‘de 5 frustraties van teamwork’ van Patrick Lencioni worden de disfuncties van samenwerkende teams beschreven. Om te komen tot verandering van houding en gedrag is het van belang dat men continu werkt aan de onderstaande thema’s om tot verbetering en ontwikkeling te komen.

 

Lees verder
Sluit Menu